Hoog cholesterol
Deze toelichting hoort bij de rubriek ‘Ontpillen met dr. David’ in Zin magazine, 2016, met als onderwerp hoog cholesterol.
Verantwoording en achtergrondinformatie
In totaal krijgen bijna 2 miljoen mensen in Nederland een cholesterolverlager van hun dokter, zogenoemde statines. Deze pillen werken goed: het slechte LDL-cholesterol halveert bijna, en het goede HDL-cholesterol stijgt met ongeveer 10%. De streefwaarde voor het LDL-cholesterol is onder de 2,5. Hoe lager het LDL-cholesterol, hoe kleiner de kans op hart- en vaatziekten.
Wat is het probleem?
Cholesterol is een vettige stof die belangrijk is voor de opbouw van onze cellen en hormonen. Cholesterol reist in kleine druppeltjes door de bloedbaan. Druppeltjes met een hoge dichtheid (HDL) zijn goed, die pikken het cholesterol uit de vaatwand op. Druppeltjes cholesterol met een lage dichtheid (LDL) zijn schadelijk, die nestelen zich in de wand van onze vaten waardoor deze dichtslibben. Veel mensen hebben een te hoog LDL en daardoor een verhoogd risico op een hartinfarct en andere vaatziekten.
Wat merk je er zelf van?
Van een hoog cholesterol merk je in principe niets. Dat wil niet zeggen dat het onschuldig is, want als je cholesterol jarenlang verhoogd is, slijten je vaten. Dit kan leiden tot een hartinfarct, een beroerte of ‘etalagebenen’. Bij etalagebenen zijn de vaten die het bloed (en daarmee zuurstof) naar je benen vervoeren, vernauwd door aderverkalking. Hierdoor krijg je last van pijn in je benen als je loopt, waarbij je even moet wachten tot er weer voldoende zuurstof in de benen is gestroomd voordat je weer verder kunt lopen.
Wat doet de dokter?
Mensen die een hartinfarct hebben gehad of mensen die klachten hebben als gevolg van vernauwde kransslagaders zoals pijn op de borst, krijgen van de dokter altijd een cholesterolverlager. Onderzoeken wijzen uit dat ook hartpatiënten met een laag cholesterol baat hebben bij een cholesterolverlager.
Voor mensen die nog geen hartpatiënt zijn, wordt op basis van hun risico op hart- en vaatziekten en hun cholesterolwaarde bepaald of ze een cholesterolverlager krijgen voorgeschreven. Het risico op een hartziekte berekent de dokter op basis van risicofactoren zoals bloeddruk, roken, suikerziekte, reuma, cholesterol, leeftijd en geslacht. Als iemand op basis van deze factoren een hoog risico heeft en het LDL hoger is dan 2,5 mmol/l, dan krijg je een cholesterolverlager voorgeschreven. Voor deze mensen wegen de kosten van een behandeling – levenslang iedere dag een pil – op tegen de baten; zij krijgen aantoonbaar minder hart- en vaatziekten en hun sterfterisico daalt.
Bij de behandeling wordt meestal begonnen met de cholesterolverlager Simvastatine. Als de LDL-waarde daarmee onder de 2,5 mmol/l zakt, is het goed. Anders wordt een sterker werkende cholesterolverlager voorgeschreven, eventueel in een hogere dosering. De figuur hieronder laat in blauw de gemiddelde LDL-daling zien bij een dosering van 40 mg. Hierbij is uitgegaan van een LDL-cholesterol van 4,8 mmol/l, het gemiddelde van de verrichte onderzoeken. Bij mensen met een hoger of lager LDL-cholesterol is de daling respectievelijk groter of kleiner; meestal daalt het LDL-cholesterol met ongeveer 40%.
Cholesterolverlagers doen niet alleen het slechte LDL-cholesterol dalen, zij verhogen ook het goede HDL-cholesterol een beetje. In oranje is deze stijging van HDL aangegeven. Hierbij is uitgegaan van een HDL van 1,3 mmol/l. Dit is het gemiddelde van 5 onderzoeken die naar het effect op HDL keken bij de gemiddelde maximale begindosering van Atorvastatine 20 mg, Pravastatine 40 mg, Rosuvastatine 10 mg en Simvastatine 40 mg.
Je kan zelf veel doen om je cholesterol te verlagen en het slikken van pillen te voorkomen, want statines slik je voor de rest van je leven. Als je op dit moment al statines slikt, is dat vanwege je verhoogde risico op hart- en vaatziekten. Het is in dat geval niet verstandig om met de pillen te stoppen. Het is voor mensen met een hoog risico op hart- en vaatziekten extra belangrijk om daarnaast ook te werken aan een gezonde leefstijl.
Wat kun je zelf doen?
Er zijn veel leefstijlaanpassingen die effect hebben op het cholesterol. Deze effecten zijn echter kleiner dan het effect van pillen. Door zaken te combineren, kun je het cholesterol verder verlagen, al kun je de totale daling niet direct voorspellen door de verschillende dalingen bij elkaar op te tellen. Hieronder enkele tips die u hierbij goed op weg kunnen helpen.
Vezels
Meer dan 63 onderzoeken hebben laten zien dat een vezelrijker voedingspatroon het LDL-cholesterol met 0,13 mmol/l verlaagt bij 3 gram vezels (= bijvoorbeeld 3 appels). Eet dus vezelrijk voedsel zoals groente en fruit, volkorenbrood, volkorenpasta en peulvruchten.
Filterkoffie
In koffie zitten cafestol en kahweol, twee stofjes die je LDL verhogen. Als je meer dan 5 koppen koffie per dag drinkt, stijgt je LDL-cholesterol met ongeveer 0,3 mmol/l. Bij minder kopjes is er weinig effect, en bij meer kopjes koffie per dag is het effect groter. De hoeveelheid stofjes die je binnenkrijgt, hangt af van hoe de koffie wordt bereid. De stofjes zitten opgelost in de olie van de koffiebonen. Als je een papieren filter gebruikt, blijven die stofjes in het filter achter. , Koffie die niet met papier wordt gefilterd, maar bijvoorbeeld met een cafetière is gezet, bevat de meeste stofjes. Ook koffie uit een espressomachine bevat de stofjes, maar omdat je daar normaal gesproken maar een klein kopje (25 ml) van drinkt is het effect kleiner. Je LDL stijgt bij 5 espresso’s of cappuccino’s met ongeveer 0,1 mmol/l.
Koffie bevat naast de stofjes die je cholesterol verhogen ook stofjes die een gunstige invloed op je gezondheid hebben: 2-4 koppen koffie per dag verlaagt het risico op een hartinfarct en een beroerte met 10%. Koffie is dus op zich niet ongezond, maar drink voor je cholesterol het liefst filterkoffie.
Matig alcohol
Alcohol verhoogt het goede HDL-cholesterol met ongeveer 10% (0,09 mmol/l) en verlaagt het slechte LDL-cholesterol met 0,11 mmol/l. Matig alcoholgebruik is dus goed voor hart en vaten, een fors gebruik echter verstoort de cholesterol- en vethuishouding. Bedenk ook dat alcohol wellicht een gunstige invloed heeft op hart en vaten, maar het risico op kanker vergroot.
Plantensterolen
Plantensterolen zijn stoffen die de opname van cholesterol remmen. Ze komen voor in noten en sojabonen, en worden toegevoegd aan sommige margarines. Toch bevat een gemiddeld voedingspatroon weinig plantensterolen. Een meta-analyse van alle onderzoeken laat zien dat bij een inname van 2 gram plantensterolen het LDL met ongeveer 0,4 mmol/l daalt. Ook bij mensen die al een cholesterolverlager gebruiken, daalt het LDL-cholesterol verder. ,
Gezondere vetten
Onverzadigd vet is gezonder dan verzadigd vet. Het verschil heeft te maken met de chemische samenstelling van vet. De meeste plantaardige vetten bevatten veel onverzadigde vetzuren en zijn bij kamertemperatuur vloeibaar, als een olie. De meeste dierlijke vetten bevatten veel verzadigde vetzuren en zijn bij kamertemperatuur vast, zoals een ouderwets blok frituurvet. Palmolie, kokosolie en cacaoboter zijn een uitzondering, dit zijn plantaardige vetten die veel verzadigd vet bevatten. In de meest recente meta-analyse daalde het LDL bij mensen die minder verzadigd vet aten met gemiddeld 0,19 mmol/l. Er is geen verband aangetoond tussen minder verzadigd vet eten en sterfte, ook niet bij sterfte door hart- en vaatziekten. Wel is duidelijk dat mensen die minder verzadigd vet eten en het door gezondere vetten vervingen, minder hartinfarcten en andere hart- en vaatziekten krijgen. Mensen die in plaats van verzadigd vet eiwit of koolhydraten gingen eten, hadden geen lager risico op hart- en vaatziekten.
Margarine in plaats van boter
Margarines worden gemaakt van plantaardige vetten. Vroeger werden deze vetten in de fabriek gehard. Hierdoor kon je vloeibare olie omzetten in iets dat je op brood kon smeren. Het nadeel was dat er tijdens dit proces vrij veel transvetten werden gevormd. Tegenwoordig is bekend dat deze transvetten heel ongezond zijn. Moderne margarines bevatten veel minder transvet en zijn gezonder dan roomboter. Wie margarine eet in plaats van roomboter kan rekenen op een daling van het LDL-cholesterol van 0,2 mmol/l.
Volkorengraan en haver
Volgens een meta-analyse zouden volkorenproducten het LDL met 0,72 mmol/l laten dalen. Bij deze meta-analyse zijn echter verschillende fouten gemaakt. Ook blijken er verschillen te bestaan tussen graansoorten. Haver heeft de meest gunstige invloed op het cholesterolniveau. De meeste onderzoeken laten zien dat het LDL-cholesterol met 0,18 mmol/l daalt bij het eten van 30-60 gram haver.
Noten
Uit een meta-analyse van 25 verschillende onderzoeken naar het cholesteroleffect van het eten van noten, blijkt je LDL-cholesterol met 0,26 mmol/l daalt bij een gemiddelde inname van 67 gram noten per dag.
Bewegen?
Regelmatige lichaamsbeweging is zonder twijfel goed tegen hart- en vaatziekten, maar het heeft geen effect op het LDL-cholesterol. Wel verhoogt regelmatige lichaamsbeweging het HDL met 0,13 mmol/l.
Afvallen!
Tijdens het afvallen kan het cholesterol stijgen, want er worden vetten afgebroken en verbrand. Wie echter een stabiel gezonder gewicht bereikt, krijgt gunstigere vetprofielen. Per 10 kilo gewichtsverlies daalt het LDL-cholesterol met 0,2 mmol /l.
Groene thee?
Het gebruik van drie koppen groene thee per dag verlaagt het LDLcholesterol met 0,05 mmol/l.
Hoe hou je een gezonde leefstijl vol?
Afvallen, gezonder eten, meer bewegen… we weten dat dit goed voor ons is, maar het is zo moeilijk vol te houden. Herkenbaar? Bij Leyden Academy geloven we niet in dieetboeken en sportschoolabonnementen, maar in kleine aanpassingen in de omgeving die ervoor zorgen dat u onbewust gezondere en actievere keuzes maakt. Elke dag opnieuw. Zo zal je met een kleiner servies minder calorieën gebruiken, terwijl je je even voldaan voelt. Neem een hond en je komt vanzelf aan de dagelijkse lichaamsbeweging, en doet ook nog eens sociale contacten op – ook heel gezond. Een stappenteller aan je pols of op je smartphone zal je motiveren om meer kilometers te lopen.
Meer achtergronden en praktische tips zijn te vinden in het boek Oud worden in de praktijk – Laat de omgeving het werk doen van David van Bodegom en Rudi Westendorp.
Ten slotte
Cholesterolverlagers hebben de sterfte aan hart- en vaatziekten sterk teruggebracht. Het is daarom niet aan te raden om met deze pillen te stoppen als je een verhoogd risico op hart- en vaatziekten of een hoog cholesterol hebt. Wie nog geen cholesterolverlager gebruikt, kan met aanpassingen in de leefstijl zijn cholesterol zelf verlagen. Ook mensen