Ouderen voor ouderen

Op het gebied van welzijn en zorg voor ouderen zijn grote veranderingen nodig om de zorg menselijk en betaalbaar te houden. En een van de grote uitdagingen waar we in deze sterk verouderende samenleving voor staan, is ondersteuning en solidariteit. Door ouderen zo lang mogelijk in hun kracht te houden en actief mee te laten doen kunnen zij positief bijdragen een hun eigen leven én dat van anderen.

Kijkend naar de Haarlemse gemeenschap: hoe ondersteunen ouderen elkaar in langer thuis wonen en bij persoonlijk welbevinden? We onderzoeken lokale initiatieven waar ouderen elkaar helpen en zoemen vervolgens in op drie wijken. Onze onderzoeksvragen zijn onder meer:

  • Welke on- en offline initiatieven zijn er in Haarlem e.o. waar vraag en aanbod ter ondersteuning van ouderen bij elkaar gebracht worden?
  • Wat is het bereik c.q. bekendheid van diverse initiatieven?
  • Welke gebieden of activiteiten worden er gedekt? Bijv. sociale steun, hulp bij klussen, boodschappen, tuin etc.
  • Zijn er lacunes in het soort activiteiten? Zo ja, welke?
  • Is er behoefte aan (meer) steun en zo ja, op welke gebieden?
  • Wat gaat er goed, waar loopt het spaak en wat zou verbeterd kunnen worden?
  • Wat kunnen we leren en hoe goedlopende initiatieven worden uitgebreid?

Naast deskresearch, verzamelen onderzoekers data middels een vragenlijst (kwantitatieve gedeelte) en nemen ze interviews af met ouderen (kwalitatieve gedeelte). We zijn op zoek naar bewoners vanaf 67 jaar in Haarlem noord, Parkwijk en Ramplaankwartier. Wilt u meedoen? Neem dan contact op met onderzoeker Sjaiesta Nanhekhan via Nanhekhan@leydenacademy.nl

Het onderzoek wordt gesteund door Stichting Hofje Codde en Van Beresteyn. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met projectleider Marie Louise Kok.

Samenzorg

Er is een verschuiving in de benadering van ouderenzorg: van traditionele zorgmodellen naar een meer inclusieve en participatieve aanpak, oftewel samenzorg. Nederland kent goede voorbeelden waar gemeentes met zorg- en welzijnsorganisaties samenwerken, zo ook in gemeente Amstelveen. Samen met zorgorganisatie Brentano en welzijnsorganisatie Participe doen we in de Amstelveense wijken Elsrijk, Bankras Kostverloren, Kazer Karelpark en Groenelaan onderzoek naar domeinoverstijgend samenwerken (DOS). Hierdoor kunnen we de gezondheid, het welzijn en de leefomgeving van ouderen verbeteren. Bijvoorbeeld door het aanbieden van gepaste activiteiten en het creëren van ontmoetingsplekken, zodat ouderen zich verbonden voelen met hun buurt.

“Als ik een cursus valpreventie aanbied dan krijg ik niet zoveel aanmeldingen, maar als ik Salsa voor beginners doe dan zit het vol.” – Medewerker van een welzijnsorganisatie

Participeren en observeren
Ons onderzoek richt zich op de ervaringen van professionals, op de impact van samenwerking op duurzame groepen ouderen en op adviezen voor toekomstig beleid. Het onderzoek heeft een veelzijdige aanpak, waarbij kwalitatieve en kwantitatieve methoden worden ingezet. Hierdoor krijgen we een uitgebreid beeld van de ervaringen en behoeften van de ouderen. Naast participatieve observatie hebben we korte gestructureerde interviews met professionals, initiatiefnemers en deelnemers afgenomen en zijn vragenlijsten gebruikt om de behoefte aan zorg en sociale ondersteuning in kaart te brengen.

“We vragen de bewoners om feedback te geven op de diverse activiteiten. Dat gebruiken we om de activiteiten volgens de behoeftes te kunnen aanbieden. Bijvoorbeeld een buurtborrel in de middag in plaats van in de avond, een Italiaanse proeverij, een muzikale bingo etc.” – Medewerker van een welzijnsorganisatie

Werkzame elementen
De professionals hebben een overwegend positieve waardering voor de samenwerking. Ze ervaren dat het hen helpt bij het uitbreiden van hun netwerk en het herstellen van eerdere werkverbanden. Er is echter ook een bewustzijn dat dit een continu proces is van leren en aanpassen. Het is belangrijk om structuur aan te brengen in de samenwerking en de betrokkenheid van alle partijen te waarborgen. Dit kan door regelmatig overleg en het opstellen van gezamenlijke doelen. Daarnaast is het belangrijk om de samenwerking met burgerinitiatieven verder te versterken. Dit alles heeft invloed op het faciliteren van duurzame groepen ouderen. Door elkaar beter te begrijpen en vertrouwen op te bouwen, kan effectievere ondersteuning aan ouderen worden geboden.

Wil je meer weten over dit onderzoeksproject? Neem dan contact op met Elena Bendien.

Groen Samenspel

Groen Samenspel

Met het project Groen Samenspel wordt onderzocht hoe groene interventies de gezondheid van bewoners in kwetsbare wijken kunnen verbeteren en hoe dit bijdraagt aan een sterkere sociale samenhang in de buurt. Zoals bekend draagt een groene omgeving vaak positief bij aan mentale en fysieke gezondheid. Toch zijn de resultaten in kwetsbare wijken vaak tegenstrijdig. Inwoners geven aan dat onveiligheid en een gebrek aan sociale samenhang hen vaak weerhouden van het gebruik van het groen in hun omgeving. Ook sluit het groen dat wel aanwezig is in de wijk vaak niet aan op de wensen van de bewoners. Zo nodigt het niet of nauwelijks uit tot ontmoeting en ontspanning.

Ons doel is om inzicht te krijgen in hoe bewoners van kwetsbare wijken de positieve gezondheidseffecten van groene interventies toch kunnen ervaren. Bevindingen tot nu toe laten zien dat groen enorm belangrijk is voor alle deelnemers, het geeft rust en ruimte om tot adem te komen. Het verbindt en geeft gelegenheid om samen in beweging te komen. Wel missen de deelnemers kleur, diversiteit in planten en bloemen en meer veiligheid rondom verkeer zodat kinderen veilig kunnen spelen.

Naast een nauwe samenwerking met inwoners, is voor het bewerkstelligen hiervan ook samenwerking met de gemeente noodzakelijk. Zij spelen een actieve rol in het project met expertise vanuit zowel het fysieke als het sociale domein. Samen met hen kijken we naar wat er nodig is om de ontwikkelde werkwijzen en interventies duurzaam in te bedden in beleid.

Kwetsbare wijken
In kwetsbare wijken lijken factoren als sociale cohesie en veiligheid een cruciale rol te spelen in de impact van een groene omgeving op gezondheid. We onderzoeken de onderliggende mechanismes op drie verschillende manieren. Allereerst vatten we de bestaande literatuur over het effect van groene interventies samen en voegen we daar de kennis van bewoners en beroepskrachten aan toe om tot een eerste antwoord te komen in een realist review. Ten tweede analyseren we grote datasets om na te gaan hoe veranderingen in de groene omgeving de gezondheid hebben beïnvloed en welke rol sociale cohesie daarin speelt (kwantitatieve analyses).

Ten derde onderzoeken we samen met bewoners en beroepskrachten in de wijk wat er speelt en wat we kunnen veranderen (participatief actieonderzoek). Samen met bewoners en beroepskrachten ontwikkelen we (kleine) interventies die zowel fysieke als sociale verbeteringen in de wijk omvatten. Dit doen we in de Morswijk en in de Fortuinwijk in Leiden. Zo komen we er achter wat nu werkt, voor wie en onder welke omstandigheden.

Interventies
Naast nieuwe kennis en inzichten ontwikkelen we ook een aantal concrete producten. Dit betreft, allereerst, een aantal (concept) interventies in de leefomgeving die kunnen bijdragen aan gezondheid in kwetsbare wijken. Daarbij ontwikkelen we samen met bewoners en beroepskrachten praktijkinzichten en handreikingen. Ook leren we over wat er nodig is om samenwerking tussen verschillende domeinen tot stand te brengen. Volgend jaar organiseren we drie lunch & learn bijeenkomsten en een eindbijeenkomst om geïnteresseerden op de hoogte te brengen van de bevindingen. Daarnaast zal het project verder ingebed worden in relevante opleidingen bij de Hogeschool Leiden.

Het project wordt gefinancierd door ZonMw. Betrokken projectpartners zijn GGD Hollands Midden, LUMC, Leyden Academy on Vitality and Ageing, Gemeente Leiden, Van Maar Advies, in samenwerking met Hogeschool Leiden, AWPG Lumens en de Provincie Zuid-Holland. Het project loopt van maart 2024 tot en met juni 2025. Neem voor vragen over het project, opzet en achtergrond contact op met Birthe Jongeneel-Grimen.

Voor vragen over het participatieve actie onderzoek met Miriam Verhage.

Inwoners voor elkaar

Inwoners voor elkaar

Het aantal ouderen stijgt, net als de gemiddelde leeftijd van de populatie. Deze dubbele vergrijzing legt druk op de toegankelijkheid van de zorg, het maakt dat de vraag naar zorg sneller stijgt dan het aanbod. Sinds de invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) in 2007 richt het beleid erop ouderen zo lang mogelijk zelfstandig thuis te laten wonen. Vaak gaat dit gepaard met een combinatie van fysieke, mentale en sociale kwetsbaarheden. De Wmo verlaagt dan wel de druk op de (ouderen)zorg, maar leidt vervolgens binnen gemeenten tot verschillende uitdagingen.

Zelfredzaamheid
Steeds meer wordt ingezet op de zelfredzaamheid (reablement) van ouderen. Hiermee wordt iemands onafhankelijkheid binnen de (thuis)omgeving vergroot en de behoefte aan langdurige zorg vermindert. Het ondersteunt iemand bij het bereiken van zijn of haar doelen en is een inclusieve benadering, ongeacht leeftijd, capaciteit, diagnose of omgeving. Maar hoe kunnen we de behoeften en verlangens van de diverse betrokkenen goed op elkaar laten aansluiten, en hoe kunnen we de aanpak organisatorisch en financieel borgen?

Peercoaching
Het inzetten van peercoaches lijkt kansrijk. Het inzetten van peercoaches in reablement activiteiten draagt namelijk duurzaam bij aan de zelfredzaamheid en positieve gezondheid van de oudere inwoners, en zorgt ervoor dat ze langer zelfstandig thuis kunnen wonen en hun zorgvragen worden uitgesteld. In het onderzoeksproject ‘Inwoners voor elkaar’ zullen bij gemeente Kaag en Braassem vijftien tot twintig oudere vrijwilligers worden opgeleid tot peercoaches, die vervolgens 45-50 ouderen opleiden en ondersteunen.

“In dit project worden oudere vrijwilligers als peercoaches ingezet om de zelfredzaamheid van andere ouderen te vergroten en zorgbehoeften uit te stellen. Dit bevordert zelfstandigheid via reablement.” – Josanne Huijg, senior onderzoeker

Aanpak
Het onderzoeksproject loopt van oktober 2024 tot oktober 2025. De voorbereidingsfase gaat van start met het werven van oudere vrijwilligers, ouderen met een ondersteuningsvraag en professionals die willen meedenken over de ontwikkeling en uitvoering van de aanpak. We werken hierbij samen met vrijwilligersorganisaties, verenigingen, ouderen en professionals. Ook start de werving en intake van peercoaches die ingezet worden in het begeleiden van individuele ouderen, bijvoorbeeld via Welzijn op Recept. Vervolgens brengen we – middels vragenlijsten, interviews en focusgroepen – behoeften, verlangens en ervaringen van de verschillende betrokkenen in kaart. Daarbij worden co-creatiesessies georganiseerd voor het ontwikkelen van de aanpak, training en tools. Tot slot zullen we de uitkomst van het actieonderzoek lokaal, regionaal en landelijk delen.

Het gehele project is opgezet mét en vóór ouderen, ze participeren in alle fasen van het proces. Het onderzoeksproject wordt uitgevoerd door De Driemaster, Participe, Leyden Academy on Vitality and Ageing, Gemeente Kaag en Braassem, GGD Holands Midden/awpg Lumens, en mogelijk gemaakt door ZonMw.

Neem voor meer informatie contact op met projectleider Elke Louwers.

Verhalend leren en verbeteren

De laatste jaren worden verhalen steeds vaker gebruikt voor leren en verbeteren in de zorg. Waar zijn cliënten, naasten en zorgprofessionals tevreden over en wat kan er beter? Deze verhalen kunnen worden vastgelegd en op individueel, team- en organisatieniveau worden ingezet voor het verbeteren van kwaliteit van leven, van zorg en van de zorgrelatie.

Kwaliteitsverbetering en verantwoording
In het verleden gebruikten organisaties vaak uitsluitend kwantitatieve methoden om inzicht te krijgen in kwaliteit van zorg. Denk hierbij aan vragenlijsten met meerkeuzevragen. Maar hiermee mis je de individuele verwachtingen, behoeften en wensen. Ook wordt niet duidelijk welke verhalen achter een bepaalde score zitten. Verhalende methoden kunnen gebruikt worden voor het ophalen van ervaringen. De gedeelde ervaringen kun je bijvoorbeeld gebruiken bij een reflectiebijeenkomst, waarbij er ruimte is voor verschillende perspectieven. Vervolgens worden de verhalen naar verbeteracties vertaald. Naast het verbeteren van de kwaliteit van zorg, kan een zorgorganisatie de uitkomsten ook gebruiken bij de verantwoording aan het zorgkantoor.

Een onderbouwde verhalende methode kiezen
Er zijn verschillende manieren om met verhalend leren en verbeteren aan de slag te gaan, ook zijn er verschillende methoden. De methoden verschillen van elkaar in:

  • de manier waarop en hoe vaak ze worden verzameld en waarom;
  • het soort verhalen;
  • bij wie ze worden opgehaald;
  • welke mensen betrokken zijn bij het verzamelen van de verhalen;
  • hoe de verhalen voor leren en ontwikkelen worden gebruikt.

Kies zelf welke methode bij jou, je team en jullie organisatie past.

Inspiratie over verhalend leren en verbeteren
Om inspiratie te bieden rondom het werken met verhalend leren in de praktijk, nemen we bij verschillende zorgaanbieders een kijkje in de keuken. Lees hoe Cicero Zorggroep de methode toepast in het artikel Met verhalen leren en verbeteren: ‘Concrete aangrijpingspunten werken motiverend!’ Lees ook Verhalen over de eigen praktijk helpen medewerkers bij reflectie. En lees hoe bij Mijzo het verhaal als kwaliteitsinstrument’ zorgt voor inzichten die net wat dieper gaan. Klik hier om meer te lezen over een eerder bericht van ons over zeggenschap van ouderen.

‘Verhalend leren en verbeteren’ wordt uitgevoerd door Leyden Academy, Vilans, Maastricht University, Erasmus University Rotterdam en Tilburg University, in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Heb je een vraag of opmerking? Mail dan naar verhalen@vilans.nl.

De Michael Chekhov-acteertechniek als onderzoeksmethodiek

Als Artist-in-Residence bij Leyden Academy mocht ik, Marjolein Baars, theatermaakster en 64 jaar, tussen 1 mei en 14 november 2023 een vrij werk maken. Mijn interesse ligt in ‘iets nieuws maken’ wat aansluit bij de mensen in hun context en dat bijdraagt aan meer samenhang. Hiervoor gebruikte ik de principes van de Michael Chekhov-acteertechniek (MCat) binnen drie speerpunten van Leyden Academy, namelijk vitaal, betekenisvol en verbonden. In dialoog met Tom Maassen en Lieke de Kock, beiden onderzoeker bij Leyden Academy, werden de gezamenlijke vragen helder:

  • Hoe doe je participatief onderzoek waarin theater niet als doel maar als middel wordt ingezet?
  • Hoe gebruik je de waarnemingen (=informatie=data) van alle stakeholders; onderzoekers, de doelgroep en de Artist-in-Residence, ten dienste van het onderzoek?
  • Hoe werk je met het onbekende, hetgeen niet tast- en hoorbaar maar wel ervaarbaar is?

Verkennen van de beelden
De eerste stap was het verkennen van de beelden die er leven binnen de academy, onderzoekers en ouderen. Met MCat hanteer je de verbeelding om personages en scènes tot leven te wekken die het publiek inspireren en (innerlijk) in beweging zetten. Vaststaande, onbeweeglijke beelden staan de creativiteit in de weg en worden (onbewuste) obstakels. Door middel van tekenen, dialoog en delen van ervaringen en inzichten begonnen onze eigen beelden over ouder worden en vitaliteit te leven. Dit alles bracht nieuwe vragen teweeg, die allemaal begonnen met ‘Hoe ga je om met…?’

In beweging brengen
Die vragen hebben we vervolgens letterlijk in beweging gebracht door ze vanuit MCat te benaderen: wie speelt welke rol, in welke verhouding sta je ten opzichte van elkaar, hoe is de atmosfeer en vanuit welke intentie/innerlijk gebaar acteer en handel je? Op die manier wordt ‘dat wat je voelt, maar niet kunt benoemen’ concreet en voor alle betrokkenen invoelbaar. Niet omdat je het met je verstand begrijpt, maar met je lijf en je gevoel. Dit principe gebruikte ik gedurende het proces ‘andersom’: door de rollen, de atmosfeer en interacties uit het dagelijks leven of op het werk te ontrafelen en terug te brengen naar acties, werd het data voor het onderzoek!

Multidisciplinair en intergenerationeel onderzoeksteam
In de volgende fase heb ik een multidisciplinair en intergenerationeel onderzoeksteam samengesteld, bestaande uit zes ouderen, zes onderzoekers en ikzelf: het zogeheten Theatraal Onderzoek Participatie (TOP)-team. Gedurende tien ochtenden onderzochten we de thema’s ouder worden, vitaliteit en creativiteit. We oefenden in het maken van contact, het luisteren met je hele lijf, geven en ontvangen, steeds opnieuw in het onbekende stappen en al je waarnemingen serieus nemen zonder het persoonlijk te maken. Het grootste obstakel bleek ‘het hoofd’. Naarmate we als team beter luisterden naar ons lijf als waarnemings-, verwerkings- en expressie-instrument, ontstond er rust, gemak, vertrouwen en verbinding. Het aantal aannames en oordelen verminderde en ieder durfde zijn/haar eigen impuls en elkaar meer te volgen. De scènes werden gelaagd, kregen meer betekenis, de vorm werd niet langer bedacht maar ontstond en was iedere keer verschillend, voortkomend uit dat moment in die context met die mensen. Het niet-weten en persoonlijke omstandigheden werd werkmateriaal dat we bewust en uit vrije wil onderzochten.

De laatste fase
Naarmate we dichter bij het moment van ‘delen met het publiek’ kwamen, groeide het stressniveau. ‘Het’ moest iets worden, we moesten ‘iets’ bewijzen en die bewijzen presenteren en verantwoorden. De onbewuste beelden en aannames uit het wetenschappelijke veld en het theatrale veld bleken mee te gaan spelen. In deze fase was het niet-weten bijna existentieel. Ieder moest op haar/zijn eigen wijze een innerlijk houvast vinden. Dit proces legde de basis voor de laatste stap in het proces. Tijdens de laatste bijeenkomst koos iedereen een samenwerkingspartner en werd besloten wat er die avond met het publiek zou worden gedeeld.

Delen met een publiek
Op dinsdagavond 7 november hebben wij bij Scheltema in Leiden onze bevindingen met het publiek gedeeld. Daarna deelde het publiek met ons wat het bij hen teweeg had gebracht. Woorden als fris, kwetsbaar, diep menselijk, ongewis en verbonden kwamen ter sprake. Meerdere mensen in het publiek gaven aan geraakt te zijn en hadden de neiging om mee te doen. Deze vorm van onderzoek doen en delen roept activiteit in de toeschouwer op!

Drama als levenskunst
Een week later hebben we de laatste stap in het proces gezet. Ieder lid van het team gaf terug wat deze manier van onderzoek teweeg had gebracht en welke inzichten er ontstaan waren. Het was rijk en tegelijkertijd confronterend op vele niveaus. Voor mij is één ding duidelijker dan ooit geworden: theater in het dagelijks leven heeft baat bij theatraal onderzoek. Het geeft toegang tot lagen waar je met veel andere vormen van onderzoek niet komt, vertelde een onderzoekster. Deze aanpak is voor iedereen toegankelijk en te leren. De uitdaging ligt in hoe je omgaat met de waarnemingen en of je als team bereid bent deze taal en discipline te ontwikkelen. Een voor de hand liggende smoes is: ‘Ik kan geen theater spelen’. De realiteit is, dat we de hele dag niets anders doen. Maar dat gaat vaak onbewust! Michael Chekhov spreekt over ‘the actor of the future’. Voor mij opende dit team en dit onderzoek de deur naar die toekomst, waarin ‘drama’ omgevormd wordt tot levenskunst.

Troostrijke verhalen

Het Jo Visser fonds nam ruim honderd jaar geleden troostbrieven in gebruik en serieus: een blijk van inzet voor de waardigheid van het leven van ouderen met een verminderde regie (of verlies aan regie) over het eigen leven. De waarde van troost als je ziek wordt is krachtig.

Met het huidige initiatief ‘Troostrijke verhalen’ laten we oudere ervaringsdeskundigen met chronische ziekten samen ervaringen uitwisselen over de eigen levensloop. We kiezen voor een combinatie van een artistieke insteek en social design met Joost van Wijmen én ervaringsverhalen van ouderen met een chronische ziekte. Dit behelst ook hun (zorg)omgeving en naasten om de gewenste wederkerigheid te benadrukken: troost geven en troost krijgen.

Blij en dankbaar met de financiering van Agis Innovatiefonds voor deze eerste fase.

 

Seksualiteit en intimiteit op latere leeftijd

Seksualiteit en intimiteit op latere leeftijd

Een warme aanraking, intieme vriendschap, gepassioneerde liefde en seksuele fantasieën maken deel uit van ons emotioneel welzijn, ook op latere leeftijd. Ze dragen bij aan het goed ouder worden. Onderzoek naar (relationele) behoeften bij ouderen beperkt zich grotendeels tot medisch gerelateerde vraagstukken. We weten onvoldoende hoe thuiswonende mensen van zestig jaar en ouder over het onderwerp denken en hoe zij hun eigen seksualiteit en intimiteit ervaren.

Participatieve benadering
Sinds begin 2023 organiseert Elena Bendien, senior onderzoeker bij Leyden Academy, in samenwerking met promovenda Jana Kerssies, bijeenkomsten voor ouderen in de vorm van een participatief actieonderzoek. Het doel van de bijeenkomsten is om van gedachten te wisselen over de ervaringen en behoeften van oudere volwassenen rondom seksualiteit en intimiteit op latere leeftijd. Op basis van deze informatieve, inspirerende en vaak ontroerende bijeenkomsten constateren we dat de maatschappelijke beeldvorming van seksualiteit en intimiteit bij ouderen en ook het inzicht daarin, zich in zijn algemeenheid beperkt tot een restrictieve stereotypering, bijvoorbeeld dat ouderen aseksueel zijn.

Waardevolle gesprekken
De deelnemers aan de gesprekken vertegenwoordigen een zeer diverse groep thuiswonende ouderen; vrouwen en mannen tussen 60 en 90+ jaar oud met verschillende etnische achtergronden en uiteenlopende seksuele oriëntatie, koppels en alleenstaande deelnemers, met uiteenlopende beroepen, passies en opvattingen over seksualiteit en intimiteit. Ter illustratie hieronder enkele thema’s die regelmatig in de gesprekken over seksualiteit en intimiteit voorkomen:

  • Maatschappelijke beeldvorming en taboe: hoe de samenleving denkt over seksualiteit en intimiteit op latere leeftijd en waarom dit onderwerp vaak als taboe wordt beschouwd.
  • Levensloop: hoe de levenservaring van ouderen hun opvatting over seksualiteit en intimiteit heeft gevormd.
  • Diversiteit: een tal van mogelijke onderwerpen, zoals lhbtiq+-kwesties, interculturele diversiteit, en polyamoureuze relaties.
  • Bespreekbaarheid: communicatie over seksualiteit en intimiteit binnen de sociale kringen van ouderen.
  • Gezondheidsaspecten: over de impact van aan gezondheid gerelateerde kwesties op de seksualiteit en intimiteit van ouderen, op hun zelfbeeld en op de relationele dynamieken.
  • Huidige representatie: over hoe ouderen zichzelf en hun ervaringen op het gebied van seksualiteit en intimiteit in de samenleving terugzien (of niet), en wat gevolgen daarvan zijn.

 “Mijn moeder is met 80 nog verliefd geworden op een man, was duidelijk aan het flirten, en ik durfde toen niet te vragen: doen jullie het ook?” – deelnemer

Lust op leeftijd
Op grond van onze bevindingen van het afgelopen jaar hebben onze deelnemers ons geïnspireerd om een videoreeks te maken, door en voor oudere volwassenen in Nederland en België. Het doel hiervan is om onze kennis over seksualiteit en intimiteit op latere leeftijd te vergroten en ook het gangbare taboe over dit onderwerp te doorbreken. Vragen als ‘Speelt seksualiteit op latere leeftijd een rol?’, ‘Behoort het experimenteren met je intieme relaties en diverse vormen van seksueel genot tot het goed ouder worden?’, ‘Wat voor kennis missen we over seksualiteit en intimiteit op latere leeftijd?’ en ‘Waarom praten we zo weinig over onze behoeften en over creatieve vormen van seksuele zelfexpressie en bevrijding?’ komen hierbij aan bod.
De videoreeks, onder de noemer ‘Lust op leeftijd’ (LoL), wordt mede mogelijk gemaakt door het Erasmus+ programma en de Steunstichting Gezondheidszorg Voorschoten, en zal in samenwerking met de Belgische schrijver en gerontoloog Els Messelis en de Nederlandse filmmaker Chiel Epskamp van Cut the Chase Media tot stand komen.

“Seks is gewoon heerlijk, ook om het samen te beleven. Nu we allebei ‘gehandicapt’ zijn [gezondheidsproblemen ervaren], is er heel weinig echte seksualiteit tussen ons, maar we vallen iedere avond hand in hand in slaap. Als dit voor ons het begin van het eindstation is, en dat kan ik echt vanuit mijn tenen verklaren, dan is het goed…” – deelnemer (84)

Heb je interesse voor dit project, als deelnemer op oudere leeftijd of als expert op het gebied van seksualiteit en intimiteit op latere leeftijd, laat het ons dan weten via: onderzoek@leydenacademy.nl. Heeft u vragen over dit onderwerp? Neem dan contact op met Elena Bendien.

It takes a village to grow old

Sociale contacten en ontmoetingen in de buurt zijn van belang voor de mensen die er wonen. Veel mensen vinden het prettig om anderen in de openbare ruimte (niet thuis) te ontmoeten. Bijvoorbeeld voor het maken van een praatje of om elkaar iets te vragen. In het project ‘It takes a village to grow old’ proberen we met techniek (kunstmatige intelligentie) en kunstwerken het contact op straat te bevorderen.

Samen op ontdekkingsreis
Samen met de bewoners van de Vondel- en Helmersbuurt in Amsterdam is gekeken hoe de ontwikkeling van een plek ontmoetingen tussen mensen kan bevorderen. We hebben hierbij gekeken naar hoe kunstwerken in de wijk kunnen worden ingezet en naar de meerwaarde van kunstmatige intelligentie hierbij.

Om nabuurschap te ervaren, is het belangrijk om de mensen in de wijk te leren kennen. Dat kan door mensen regelmatig tegen te komen. Dit heet ‘publieke familiariteit’. De man uit de straat kom je ’s ochtends tegen als hij de hond uitlaat. De vrouw die vaak de eendjes voert, zie je tijdens een wandeling op het pleintje. Als je ze vaker ziet, herken je deze mensen als je buren. De plekken waar je andere mensen kan tegenkomen, zijn hiervoor belangrijk. Je moet je er fijn kunnen voelen. Kunst kan hierbij helpen. Het doel is om publieke familiariteit in de buurt te versterken. De weg om daar te komen, is nog niet bepaald. Doordat er burgerwetenschap wordt ingezet, kan de weg worden aangepast. Er zijn meerdere routes mogelijk, maar wat is een fijne weg?

Door de ogen van de bewoners
Door kunst kunnen verschillende generaties elkaar tegenkomen. Zo kan er verbinding ontstaan. Met muziek, geluiden of bewegende beelden, wordt kunst interactief. Daarbij kan interactieve kunst publieke familiariteit bevorderen. Hoe kan interactieve kunst in de wijk eruit zien? Samen met de bewoners gaan we op zoek naar het antwoord op die vraag, maar denk bijvoorbeeld aan:

  • Een interactief bankje nodigt je uit tot een ontmoeting. Kom je erbij zitten?
  • Mooie en inspirerende teksten kunnen met licht op verschillende plekken worden geprojecteerd.
  • Een route van interactieve kunst begeleid je door de buurt.
  • In een speeltuin voor senioren mag iedereen meedoen en spelen, of juist lekker toekijken.

Het buurtverhalenbankje
Uiteindelijk besloten de bewoners het idee van “het buurtverhalenbankje” te omarmen, een overdekt bankje dat uitnodigt om met elkaar een praatje aan te gaan en naar buurtverhalen te luisteren. Voor meer informatie over het eindresultaat kunt u terecht in de digitale versie van het Verhalenbankje. Hier vindt u meer informatie in beeld gebracht over hoe het bankje er uiteindelijk uitziet, welke rol AI heeft gekregen, waar het bankje is geplaatst en hoe het bankje wordt gebruikt.

Momenteel wordt er gewerkt aan een analyse en een artikel. We houden u op de hoogte. Benieuwd naar de start van het project? Lees hier het verslag!

Voor en door burgers
In It takes a village to grow old werken burgers verenigd in een burgerinitiatief, onderzoekers vanuit allerlei disciplines, architecten, experts op het gebied van artificiële intelligentie (AI), kunstenaars en cliëntenorganisaties samen aan innovatie om nabuurschap in de wijk te vergroten. Hoe dat in zijn werk gaat lees je in dit artikel in ICT&Health.

De looptijd van dit onderzoek was van 1 april 2022 tot en met 31 maart 2024, en werd mogelijk gemaakt door de ZonMw-call Citizen science 2021. Technische Universiteit Eindhoven is de penvoerder en Leyden Academy werkt mee in de uitvoering van het onderzoek in samenwerking met Stadsdorp VondelHelmersStichting Mantelzorg en DementieStichting WG KunstAlzheimer AmsterdamCliëntenbelang Amsterdam, West Ouder Wijzer, GoodGoodNotBad, Illi TV, Hogeschool van Amsterdam, Universiteit van Amsterdam, Huis van de Buurt de Klinker (Amstelring), het wijkteam en de Gemeente Amsterdam.

Podcastplatform De Luistermap

Podcastplatform De Luistermap

Podcasts worden steeds populairder. Toch is nog geen één op de vijf luisteraars ouder dan vijftig, terwijl er zoveel luisterverhalen zijn die hen waarschijnlijk aanspreken. Daarom lanceerden we in februari 2022 De Luistermap, het eerste platform van Nederland waar podcasts worden samengebracht over alle onderwerpen die ertoe doen als je ouder wordt. Luisteraars kunnen kiezen uit uiteenlopende thema’s: van geschiedenis en misdaad tot liefde en intimiteit. De Luistermap is een initiatief van ouderenplatform UP!, het Jo Visser fonds en Leyden Academy.

Op de foto: Sjaak (via UP!/Marije Kuiper)

Ouderen spelen de hoofdrol bij De Luistermap: als redactie, maker en hoofdpersoon. De podcasts op De Luistermap zijn afwisselend amusant, inspirerend, ontroerend en leerzaam. Het aanbod van podcasts wordt continu aangevuld, zodat luisteraars altijd weer nieuwe verhalen kunnen kiezen. De Luistermap is een eigentijdse vertaling van de leesmap van weleer, met het gebruiksgemak van Netflix.

“Prachtige verhalen. Ik heb al geluisterd naar de podcast ‘Op zoek naar het elfde kind’. Goed en leuk initiatief, ben je even in een hele andere wereld”
Anne Posthuma (84)